"Maareh, wanneer schrijf jij dan het liefst?" Zijn houding verraadt dat hij hoopt dat ik ook bohemian leef. Dat ik nu ga vertellen over lange nachtelijke uren met mijn laptop, een fles rode wijn en een lijn coke. Of over zomaar ineens op zondagmiddag in een cafeetje begeesterd een hele speelfilm eruit rammen. Net zolang tot de tent dichtgaat en ik besef dat ik de hele dag niks heb gegeten.
De realiteit is verre van bohemian. Het kan mij namelijk niet routineus genoeg zijn. Elke ochtend ga ik om negen uur achter mijn laptop zitten. Drie dagen in de week op het kantoortje dat ik huur, twee dagen in de week thuis. Ongeacht of ik zin en/of inspiratie heb, schrijf ik tot een uur of drie. Daarbij luister ik geen muziek en drink ik al helemaal geen alcohol. De rest van de dag gebruik ik om te sporten en te ontspannen. 's Avonds en in de weekenden ben ik vrij.
Aan de gezichtsuitdrukking van de jongen voor me zie ik hoe tergend saai ik klink. Niet langer geïnteresseerd in mijn bestaan loopt hij weg. Hoewel ik weet dat zijn romantische beeld van het schrijverschap op de lange duur niet werkt, voel ik me toch ineens oud en onaantrekkelijk.
Op mijn mobiel typ ik 'Writing routine of famous writers' in op Google. En zie daar. Haruki Murakami, Stephen King, Hemingway, Kurt Vonnegut; de een na de ander schetst een zelfgecreëerd dagritme dat nog veel saaier en strikter is dan dat van mij. Om vier uur opstaan, zichzelf opsluiten in doodstille kamers, elke dag anderhalf uur hardlopen; allemaal claimen ze dat je zonder een gezonde levensstijl, discipline en regelmaat nergens bent als schrijver.
Kinderachtig triomfantelijk speur ik de zaal af. Ik zie Gijs nergens meer. Bij zijn gezelschap informeer ik waar hij is. Hij blijkt naar huis te zijn gegaan. "Hij had inspiratie," verklaart een vriend.
Ik loop naar de bar en bestel een wijntje. Terwijl ik wacht zie ik in gedachten Gijs voor me. Driftig schrijvend met een fles wodka naast zich. Tegen de tijd dat ik morgen fris aan het werk ga, beseft hij katterig dat alles dat hij in zijn roes geschreven heeft de prullenbak in kan. Ha. Hij liever dan ik.
Deze column is gepubliceerd in de PS van het Parool van 19 dec. 2018.